In deel 1 van de serie “Overheid en mediation” interview ik José Gerritse, zij is wijkregisseur in de gemeente Ridderkerk en heeft een achtergrond als mediator. In dit interview vertelt zij over haar ervaringen en de voordelen van de combinatie wijkregisseur/mediator.  

 José: “Ridderkerk bestaat uit 8 kernen, het zijn “dorpen” op zich. Er zijn 3 wijkregisseurs en we hebben de wijken verdeeld. De wijkregisseur is er om verbindingen te leggen tussen college, bewoners en organisatie. Ik ben verbinder voor 2 wethouders én wijkregisseur voor twee wijken. Als verbinder staat de wethouder centraal. Voor wat er bij hem binnenkomt kan ik gevraagd worden om mensen uit de wijk in te schakelen, maar ook collega’s (vergunningverleners, RO adviseurs, verkeerskundigen) of andere organisaties (bijvoorbeeld mijn collega’s uit het leefbaarheidsteam of het waterschap). Als wijkregisseur staan mijn wijken centraal en ik leg daarvoor verbindingen. Er is natuurlijk ook reguliere participatie. Dat doen we bijvoorbeeld via het wijkoverleg, daar zitten mensen die geïnteresseerd zijn en mee willen praten in hun wijk.”

Welke situatie heb je gekozen om meer over te vertellen?

“Er was ooit een speeltuintje in één van mijn wijken. Dat was weggehaald omdat het jongeren aantrok die overlast veroorzaakten. Er kwamen nieuwe bewoners in de wijk, jonge gezinnen, zij vroegen om een speeltuintje. Daar kwam verzet tegen van de oudere bewoners. De gemeente investeert niet in een speeltuintje dat na een paar klachten weer weggehaald moet worden. Ik heb een bijeenkomst georganiseerd waarbij ik voor- en tegenstanders heb uitgenodigd. Het was vóór corona dus ik had een tafel vol. We hebben verschillende speeltuinen getekend, zijn tot voorwaarden gekomen waar de speeltuin aan moet voldoen en de bewoners hebben afspraken gemaakt wat te doen als er overlast zou komen. We hebben ook verder gekeken, wat speelt er nog meer in de wijk en hoe ziet de toekomst eruit? Het speeltuintje is er gekomen en bovendien hebben we verkeersoplossingen gevonden voor overlast door hardrijders in de wijk.”

Hoe heb je je mediationervaring ingezet?

”Ik ben onafhankelijk voorzitter en begeleider van het proces. In dit geval heb ik de initiatiefnemers gevraagd om toe te lichten wat ze willen. Dat kunnen ze zelf beter vertellen dan ik, het verhaal komt recht uit het hart. Dan zie je dat mensen onder elkaar geen ruzie willen. Ruzie met de gemeente is niet erg, (lachend) je kunt je lekker afzetten tegen ambtenaren, onder elkaar is vervelender. Ik ga reframen, vraag naar de belangen, waar zit de angst. Ik stel de vragen zo dat wederzijds begrip ontstaat. De andere groep had ellende meegemaakt met jongeren in het vorige speeltuintje, daar moet aandacht voor zijn. Vertalen naar iets positiefs vind ik belangrijk. Wees blij dat je met elkaar in gesprek kunt, wees blij dat er kinderen zijn, verjonging in de wijk. Ook de mensen die er moeite mee hadden, hebben nu plezier van het speeltuintje en gaan er met de kleinkinderen naar toe. Je bent als mediator gewend om een meer dan oppervlakkig gesprek te voeren,  belangen naar boven te halen en het gezamenlijk belang te vinden. Ik geef aandacht aan weerstand en vraag door als het gesprek stokt. En, de onafhankelijkheid en de onpartijdigheid die je uitstraalt zijn heel belangrijk.”

Ik vind het mooi dat José vertelt dat zij als mediator niet alleen kijkt naar het gedrag van anderen maar ook naar haar eigen reactie hierop. José: “Soms word je denigrerend benaderd alsof de gemeente nooit wat goed doet. Dat roept weerstand bij me op. Dan moet ik ook mezelf in de gaten houden. Rustig blijven en goed blijven luisteren.”

Ook de persoonlijke drijfveren van José vind ik inspirerend om te vertellen. José: “Ik vind het geweldig om andere mensen te leren kennen. Ook als mensen in eerste instantie boos zijn of bang, om daar het verschil in te maken dat vind ik echt gaaf. Net zoals iedereen groei ik van een compliment. Een bewoner zei ooit tegen me dat ik menselijkheid uitstraalde in een wereld waar menselijkheid vaak ver te zoeken is. Daar krijg ik energie van, dat motiveert om nog meer te doen. Ik probeer niet alleen de bewoners te verbinden, ook mijn collega’s. Dat probeer ik te doen door de wederzijdse belangen zichtbaar te maken en begrip te vragen. Ik vind dat we het met elkaar moeten doen. Uiteindelijk zijn we er voor de bewoners van Ridderkerk. Je moet gaan voor het beste resultaat. Daarnaast vind ik redelijkheid heel belangrijk.”

Tussen alles door komt José ook op voor de jeugd. José: “Belangrijk is dat het gezamenlijke belang wordt gevonden. Een leuke wijk waarbij je op elkaar kunt rekenen, een leuke buurt waarin je met elkaar kunt barbecueën, waar de kinderen kunnen spelen, waar het rustig en veilig is. En …. waar jongeren ook welkom zijn. Zorg dat zij in hun eigen buurt welkom zijn, heb niet te snel een oordeel over de jongeren. Ik zie heus de problematiek maar je moet het met elkaar oplossen. Onze partners in de wijk zijn daarbij heel belangrijk. Ik wil werken aan draagvlak, dat het afspraken zijn met de hele buurt. Daarbij horen ook afspraken voor het geval het mis gaat. Kinderen in de wijk moet je zien, weten wie het zijn. Dan kun je ze aanspreken op hun gedrag. Vaak wonen ze zeker tot hun 18e in de wijk en groei je met ze mee. Als je ze kent, kun je hen èn de ouders aanspreken. Leefbaarheid, dat doe je met elkaar.”

Heb je tips voor andere gemeenten? 

José somt er moeiteloos een aantal op.

  • Breng voor-en tegenstanders bij elkaar, luister goed, schrijf de wederzijdse belangen op een flip over;
  • Maak het schilderijtje compleet: verkeer, bomen, spelen, de indeling van de parkeervakken, de oversteek bij de school, verkeersdrempels,  insectenhotel, de voorgeschiedenis enzovoort….
  • Het is belangrijk dat je ambassadeurs hebt door de lagen van de organisatie heen. Mensen moeten ervaren dat het helpt. En …. straal zelf enthousiasme uit.

Mijn (DHvZ) ervaring als mediator is dat er altijd onverwachte dingen zijn in een mediation. Ook José heeft daar als wijkregisseur een mooi voorbeeld van. José: “Voor een bijeenkomst over de herinrichting van een straat hadden 25 bewoners zich aangemeld. We zaten er uiteindelijk met 80, de beamer deed het niet, de zaal moest worden omgebouwd, extra stoelen gehaald en onaangekondigd was er een radio verslaggever bij. Gelukkig was de voorzitter van het wijkoverleg er ook bij. Ik bedacht me, waarvoor zijn we hier? Om met elkaar te praten. Ik legde mijn presentatie weg, pakte de microfoon en zei: mensen welkom, wij gaan het gesprek met u aan. Wie mag ik als eerste het woord geven? De bewoners in de zaal gingen met elkaar in gesprek. Alles werd benoemd en vanuit daar is een afvaardiging samengesteld die in kleiner verband met een verkeersdeskundige in gesprek is gegaan.”

Met dit mooie voorbeeld van de creatieve kant van de mediator sluit ik af. Morgen: Jos van de Vijver, bouwadvocaat en mediator in de bouw.